Een eerdere versie van deze column is gepubliceerd op managementsite.nl.
Een gesprek met een dolfijnentrainster van het Dolfinarium in Harderwijk alweer een aantal jaren geleden, zette mij aan het denken over de vraag hoe je leren en ontwikkelen binnen organisaties kunt bevorderen.
Dolfijnen zijn bijzonder nieuwsgierige dieren, vertelde de trainster. Ze zijn gek op verandering. De aard van dolfijnen is ‘spel’. Dolfijnen leven, net als wij, in een complexe wereld, maar weten daar – anders dan wij vaak doen – met lichtheid en souplesse mee om te gaan. Het zijn pleziermakende meesters en meesteressen die over een aantal succesvolle strategieën beschikken om moeilijke situaties te lijf te gaan. Het scheppen van ruimte is een van de belangrijkste, zei de trainster. Als je wilt dat dolfijnen nieuwe dingen leren, moet je ze de ruimte geven om te handelen en te experimenteren.
Niet alleen van dolfijnen, ook van hun trainers kun je veel leren. Ik vroeg de trainer hoe zij het voor elkaar krijgen dat de dolfijnen hun verbazingwekkende shows uitvoeren. Zij vertelde dat ze zich in de eerste plaats intensief verdiepen in de aard van dolfijnen. Wat is kenmerkend voor dolfijnen als soort? Hoe reageren ze op verschillende omstandigheden? Wanneer hebben ze plezier?
Dolfijnentrainers verdiepen zich ook in elk individueel dier. Het ene dier heeft bij wijze van spreken vooral een schop onder de vin nodig, het andere dier vooral een bemoedigende schouderklop of aanmoediging. De trainers bestuderen daarnaast het groepsgedrag van de dolfijnen. Welk gedrag vertonen dolfijnen onder welke groepsomstandigheden? Hoe werkt dat? Wat kan ik daarin wel doen en wat niet?
En niet in de laatste plaats verdiept de dolfijnentrainer zich in zichzelf, in het bijzonder op die momenten waarop hij zijn zelfbeheersing dreigt te verliezen. Dat is bijvoorbeeld als de angst de kop opsteekt dat de show in het water zal vallen of als de irritatie opkomt als een dolfijn het vertikt om te doen wat ingetraind was.
Wanneer ga ik op ‘tilt’, waarom, welke onderliggende gedachten of onbewuste angsten spelen daarin mee? Hoe kan ik dat afbouwen? Wat is effectief gedrag op een dergelijk moment? Is er iets in mijn biochemische lichaamshuishouding waardoor ik gevoeliger reageer dan normaal?
Een voorbeeld: een dolfijn wilde opeens de geleerde oefening niet meer uitvoeren, laat staan een volgende stap zetten. Daarvóór was hij enthousiast en leergierig, maar op een gegeven ochtend was het afgelopen. Wat de trainster ook deed, wat zij ook probeerde. Wat was er aan de hand? Iets met de dolfijn? Of met haar zelf? Pas uren later kreeg zij in de gaten waar de schoen wrong. Zij had ’s ochtends een afwijkende kleur sokken aangetrokken. Toen ze haar normale bedrijfssokken aantrok, was het probleem opgelost. Kennelijk had deze dolfijn – normaal gesproken gek op verandering – deze stabiele factor nodig om zich verder te kunnen ontwikkelen.
Mensen zijn geen dolfijnen; de relatie tussen een dolfijnentrainer en een dolfijn is, zolang de trainer het voer in handen heeft, verre van gelijkwaardig. En het gaat bij ons niet om het aanleren van trucjes. Maar dat wil niet zeggen dat je niets kunt leren van het gedrag van dolfijnen en hun trainers.
Plezier in het werk. Ruimte om te experimenteren. Aandacht voor de ander en aandacht voor jezelf. Voldoende veiligheid en stabiliteit. En het zit soms in kleine dingen. Het is de moeite waard om hier over na te denken als we willen dat organisaties en mensen zich ontwikkelen.
Meer weten over onze expeditieprogramma’s?
Bekijk ons programma-aanbod!
Geef een reactie